Geschiedenis van de Gereformeerde Kerk (Hoofdstraat W36 Winsum)
In 1845 kocht de kleine Afgescheiden Gemeente Winsum-Obergum het op de plaats van het huidige kerkgebouw gelegen huis en schuur 'van de uurwerkmaker Berend Gerrits Klok en zijn echtgenote Anje Rypkes Beukema, om dat te gebruiken als kerkhuis en armhuis'. De schuur werd vanaf Pinksteren 1845 gebruikt als kerk. Twee jaar later was de noodzakelijke verbouw voltooid.
De gemeente groeide en kreeg in 1867 een eigen predikant. Het huis bij de kerk werd toen verbouwd tot pastorie. Voor het armhuis werd een woning in de Kerkstraat gekocht. In 1870 werd op de plaats van de 'kerkschuur' een nieuwe kerk gebouwd, die ongeveer zes keer zo groot was als het oude gebouw. Om dit mogelijk te maken werd de tuin van het buurhuis aan de noordzijde gekocht. Het nieuwe kerkgebouw was 10 meter breed en 20 meter lang en had aan de achterzijde een consistorie.
De gemeente bleef groeien -van 56 leden in 1849, naar 197 in 1875 en 820 in 1903. Daarvoor werd de kerk in 1906 uitgebreid met 2 zijvleugels en 2 galerijen. Om dat mogelijk te maken werd aan de noordzijde een strook grond gekocht, 1½ m. breed en 19 m. lang. In 1911 werd, door de aankoop van een kerkorgel, aan de achtergevel een galerij + platform gebouwd. Daaronder kwam een nieuwe kansel. In 1914 werd een nieuwe pastorie gebouwd, op de plaats van de oude.
De gemeente bleef groeien –naar 940 leden in 1920 tot 1350 in 1945. Dit betekende dat er voortdurend plannen werden gemaakt om het kerkgebouw te vergroten. In 1923 leidde dit tot aanzienlijke uitbreiding van de consistorie én tot het besluit op een andere plaats een verenigingsgebouw te bouwen –het gebouw Rehoboth, aan het noordwestelijk einde van de Schoolstraat. In 1928 werd het aantal zitplaatsen in de kerk uitgebreid, door de drie galerijen naar voren te verlengen. In de periode daarna waren er plannen voor uitbreiding in westelijke en noordelijke richting. In 1949 werd daarvoor het huis aan de noordzijde gekocht, dat eerst als kosterwoning werd gebruikt. Na kleine aanpassingen in 1954, werd het kerkgebouw in 1967 ingrijpend verbouwd. Toen werd ook de pastorie bij het gebouw getrokken en werd de kosterswoning aan de noordkant afgebroken. Als vervangende pastorie werd de woning aan de Regnerus Preadiniusstraat gekocht. Al in 1952 was, omdat de gemeente inmiddels 2 predikanten had, een tweede pastorie aangekocht.
De gemeente groeide nog steeds –naar 1670 leden in 1975 en 2025 in 1985. In 1981 werd het kerkgebouw opnieuw uitgebreid en kreeg het aan de voorzijde de huidige vorm. Nieuwbouw is toen overwogen, maar bleek te duur. De laatste uitbreiding dateert van 1990. Toen werden de achterzaal en de consistorie vernieuwd en werd daaronder een kelder voor de jeugd gebouwd. Tenslotte: in 1993 werd een nieuw orgel geplaatst.
Na de federatie in 2003 met de hervormde gemeente Winsum-Obergum c.a., kreeg de Gereformeerde Kerk de naam Centrumkerk.
De gegevens betreffende de kerk zijn ontleend aan het gedenkboek dat in 1993 is verschenen: H.B.Gerritsma, L.de Graaff (Jac.zn) en D. de Vries Gereformeerde kerk van Winsum-Obergum 1843-1993. In dat boek is de geschiedenis van het kerkgebouw met kaarten, tekeningen en foto's in beeld gebracht.